Gegevens verzamelplan

Andere termen zijn: Data Collection Plan en dataverzamelplan

Doel


Verzekeren dat gegevens nuttig zijn (het meten van de juiste dingen) en statistisch valide (dingen goed meten). Het verzamelen van relevante en betrouwbare gegevens is van belang om op de belangrijkste vragen antwoord te kunnen geven. Er zijn verschillende soorten gegevens die verzameld kunnen worden. Het type gegevens kan van invloed zijn op het gebruik van bepaalde analysemethoden of hulpmiddelen. Soms is herziening nodig, bij het gebruik van een gekozen analysemethode.

Beschrijving

Er wordt onderscheid gemaakt in twee type gegevensvariabele (data):

  1. Doorlopend/Voortdurend variabele

– Elke variabele die wordt gemeten als een verzameling van mogelijkheden of waarden, zonder onderbrekingen (kan wel worden opgedeeld) en kan elke waarde uit een bepaalde schaalverdeling zijn.

Voorbeeld: Doorlooptijd, kosten of prijzen, duur van een gesprek, en alle fysieke afmetingen of kenmerken (lengte, gewicht, dichtheid, temperatuur)

– Er zijn krachtige (statistische) hulpmiddelen voor het interpreteren van continue gegevens. Deze genieten over het algemeen de voorkeur boven variabele.

  1. Categorische/Eigenschap variabele

Alle soorten gegevens, anders dan continue gegevens. Inclusief:

– Telling of percentage:

Voorbeeld: tellingen van fouten of % van de output met fouten.

– Binominale gegevens (er is sprake van slechts twee meetwaarden): Gegevens die slechts een van de twee waarden kan hebben.

Voorbeeld: op tijd geleverd (ja/nee); acceptabele IT-service (goed/fout).

– Attribuut-Nominaal (benoemde meetwaarden): De ‘gegevens’ zijn namen of labels. Er is geen specifieke reden voor een bepaalde volgorde of voor enig kwantitatief verschil.

Voorbeeld: in een bedrijf: afdeling A, afdeling B, afdeling C.
Voorbeeld: in een winkel: machine 1, machine 2 machine 3.
Voorbeeld: soorten vervoer: boot, trein, vliegtuig.

– Attribuut-Ordinaal (geordende meetwaarden): De namen of labels vertegenwoordigen een bepaalde waarde, die inherent zijn aan het object of het item (er is een duidelijke volgorde in de labels).

Voorbeeld: op productprestaties: uitstekend, zeer goed, goed, eerlijk, slechte.
Voorbeeld: salsa smaaktest: mild, heet, zeer heet, super heet.
Voorbeeld: klantonderzoek: helemaal mee eens, mee eens, oneens, zeer oneens.

Gebruik

  • Bepaal welke gegevens verzameld dienen te worden.
    • Als wordt geprobeerd om de basisprestatie van een proces te beoordelen, dient bepaald te worden welke metrics de algemene prestaties van de IT-service of het proces het best vertegenwoordigen.
    • Zoek een balans van tussen input (X)-factoren en output(Y)-metrics.
    • Gebruik een hulpmiddel zoals een beslissingsmatrix bij het nemen van beslissingen.
    • Probeer om continue variabelen te identificeren en voorkom, waar mogelijk, het gebruik van categorische variabelen omdat continue gegevens meer nuttige informatie oplevert.
  • Beslis over de verdelingsfactoren (stratificatie).
    • Doel is om beschreven informatie te verzamelen die helpt om belangrijke gegevenspatronen te identificeren (over grondoorzaken, gebruikspatronen, enzovoort).
      • Helpt om het project te richten op hetgeen kritiek is.
      • Versnelt het zoeken naar grondoorzaken.
      • Genereert een dieper begrip van procesfactoren.

Gegevenscollectieplan - voorbeeld

Gegevenscollectieplan – voorbeeld

  • Ontwikkel operationele definities.
    • Duidelijke en nauwkeurige instructies over hoe een bepaalde meting uitgevoerd dient te worden.
    • Zorgen voor een gemeenschappelijke, consistente gegevensverzameling en de interpretatie van de resultaten.
  • Bepaal de benodigde steekproefgrootte.
    • Een steekproef neemt de gegevens van een of meerdere subgroepen van een grotere groep, om beslissingen te nemen over de hele groep.
  • Identificeer de bron/locatie van de gegevens.
    • Beslis of bestaande gegevens bruikbaar zijn of dat nieuwe gegevens nodig zijn. Het verzamelen van nieuwe gegevens betekent vaak nieuwe waarnemingen.
  • Ontwikkel formulieren waarop de gegevens verzameld kunnen worden.
    • Zie de tekst bij turfstaat.
  • Beslis wie de gegevens zal verzamelen.
    • Selectie van diegenen die de gegevens verzamelen is meestal gebaseerd op:
      • Bekendheid met het proces.
      • Beschikbaarheid en de impact op de rol/functie.
        • Vuistregel: ontwikkel een gegevensverzamelproces dat in 15 minuten (of minder) kan worden voltooid. Dat verhoogt de kans dat het regelmatig en correct gebeurt.
      • Vermijd mogelijke vertekening: een situatie waarin gegevensverzamelaars terughoudend zijn om iets te bestempelen als `gebrek’ of als `onaanvaardbaar’, dient uitgesloten te worden.
      • Waardeer de voordelen van het verzamelen van gegevens. Helpen de gegevens de verzamelaar?
  • Train/instrueer de verzamelaars.
    • Vraag gegevensverzamelaars om advies over het ontwerp van de turflijstjes (verzamelformulieren).
    • Pilot de procedures voor het verzamelen van gegevens. Hebben verzamelaars geoefend met het verzamelen van gegevensformulier en het toepassen ervan. Los eventuele conflicten of verschillen in het gebruik van de formulieren op .
    • Leg uit hoe de gegevens in tabelvorm worden verzameld (hierdoor leren de verzamelaars in te zien wat de gevolgen zijn van het niet volgen van de standaardprocedures).
  • Bereid de analyse voor:
    • Beslis wie de gegevens zal verzamelen en hoe.
    • Bereid een spreadsheet voor om de gegevens te verzamelen.
    • Bedenk wat er gedaan moet worden met de gegevens (sorteren, grafieken, berekeningen) en zorg ervoor dat de gegevens in een vorm worden aangeboden die past bij de doeleinden waarvoor ze gebruikt gaan worden.
  • Voer het gegevens verzamelplan uit.


Reageren niet meer mogelijk.

Supported by